De 7 meest gestelde vragen die mensen aan mij hebben gesteld

Als je hebt besloten om je kind thuisonderwijs te gaan geven, komt er behoorlijk veel op je af. Naast alle officiële dingen die je moet regelen, zullen er ook heel veel mensen in je omgeving zijn die allemaal een mening over thuisonderwijs hebben. En ik kan je vertellen: er zullen veel kritische vragen op je af komen!
Thuisonderwijs wordt in Nederland helaas (nog) niet zo normaal gevonden als bijvoorbeeld in België. Veel mensen weten niet eens dat het hier mogelijk is om thuisonderwijs te geven. En daarom zullen de reacties van je omgeving niet altijd positief zijn. Vaak komt dit voort uit onwetendheid.
Ik schoot zelf altijd direct in de verdediging als ik een nare opmerking kreeg van iemand. Dat kwam dan weer vooral door mijn eigen onzekerheid. Het kiezen voor thuisonderwijs is echt niet makkelijk en het schud je soms heen en weer. Doe ik er wel goed aan? Kan ik het wel? Misschien had Pietje wel gelijk met zijn kritiek en doe ik mijn kind tekort. Vooral door de opmerkingen van anderen kun je soms vreselijk onzeker worden. Maar de truc hierin is dat je dicht bij jezelf en je eigen waarden moet blijven. Je kiest niet voor niks dit pad. Het is jouw leven, het is jouw kind. En er is niemand anders die beter weet wat goed is voor jouw kind dan jijzelf. En dat je een ander pad bewandelt dan de meeste mensen, wil niet zeggen dat het slecht is. Jij doet het gewoon anders. Net zoals een kind naar school brengen niet slecht is, zo is thuisonderwijs dat ook niet.

Ik deel met jullie de 7 meest gestelde vragen die mij gesteld worden als ik mensen vertel dat onze jongste zoon thuisonderwijs krijgt. Daarbij deel ik ook de antwoorden die ik dan geef. Ik hoop dat je er wat aan hebt zodat je een ander goed kunt uitleggen waarom je doet wat je doet, zonder in de verdediging te gaan

7. Waarom geef je thuisonderwijs?

Ik geef onze jongste zoon thuisonderwijs omdat wij geen geschikte school kunnen vinden die bij onze levensovertuiging past. Daarnaast ben ik ervan overtuigd dat dit het beste voor hem is.

6. Is het niet lastig dat de oudste 2 kinderen wel naar school gaan?

Dat dacht ik eerst ook, maar ik zie er nu eigenlijk alleen maar het voordeel van in. Mijn zoontje plukt van beide kanten de vruchten. Ik help regelmatig mee op de school van mijn dochter en ik neem dan altijd mijn jongste zoon mee. Zo zijn we laatst naar een theatervoorstelling geweest die alleen toegankelijk was voor scholen en ook met schoolreisjes lift hij mooi mee. Elke week ben ik bij de overblijf te vinden en ook dan gaat hij altijd mee. Ook komen hier regelmatig vriendjes en vriendinnetjes over de vloer en speelt hij vaak mee.
En nee, hij is niet jaloers dat hij niet naar school mag. Andersom is er soms wel wat struggle. “Kan ik niet ook thuis blijven en dat je mij dan ook les geeft?” Die vraag krijg ik heel erg vaak van de 2 oudste. Maar dat kan helaas niet. De wet in Nederland zit wat dat betreft potdicht. Als een kind eenmaal op een school is ingeschreven is het vrijwel onmogelijk om dat ongedaan te krijgen.

5. Hoe komt je kind later aan werk als het niet naar school geweest is?

Om heel eerlijk te zijn, kijk ik niet zover voor uit. Ik heb er namelijk alle vertrouwen in dat dit goed gaat komen. Ik geef mijn zoon nu thuisonderwijs, maar als hij ouder wordt en zelf graag een opleiding wil gaan volgen om vanuit daar voor een bepaald beroep te gaan leren kan dat natuurlijk altijd nog. Er is zoveel meer mogelijk dan de meeste mensen denken. In Nederland zit het onderwijs enorm vastgeroest en lijkt het alsof je alleen maar succes kunt hebben als je minstens 14 jaar op school hebt gezeten. Ik geloof erin dat je kunt bereiken wat je wil, zolang je maar dicht bij jezelf blijft en doet waar je hart ligt.
En daarbij: hoeveel mensen doen daadwerkelijk het werk waarvoor ze ooit geleerd hebben? Mijn man en ik hebben allebei heel leuk werk en doen allebei niet waar we voor op school hebben gezeten. 

4. Zit je dan de hele dag schooltje te spelen?

Nee, we spelen geen schooltje. Ik neem mijn taak als thuisonderwijzer heel serieus en zie het niet als een spelletje. We zijn heel veel buiten. We leren uit de natuur, gaan naar musea of doen mee aan georganiseerde activiteiten van bijvoorbeeld het IVN of Staatsbosbeheer.
Maar ook thuis leren we veel. Ik ben momenteel nog volop bezig met de ontwikkeling van Thuiswijs.com en ben daarvoor lesmateriaal aan het maken. Dit lesmateriaal gebruik ik ook bij mijn eigen zoontje. Ik werk eigenlijk altijd met een thema. Zo’n thema duurt dan 1, 2 of 3 weken. Binnen dat thema zoek ik allerlei activiteiten die daarbij passen. Zo hadden we laatst het thema “insecten” en zijn we bij een imker op bezoek geweest.
Het echte leren uit boekjes duurt bij ons nooit langer dan een paar uur in de ochtend of een middag. Juist omdat je met thuisonderwijs 1 op 1 bezig bent en goed kan inspringen op wat het kind nodig heeft, hoef je niet eindeloos te herhalen wat je al weet. In een klas met 30 kinderen duurt het langer voordat je naar een volgend leerdoel kunt gaan, omdat iedereen het moet snappen. De meeste leerdoelen doorlopen wij hierdoor veel sneller dan op school.
Daarnaast verschilt het natuurlijk heel erg met welke leeftijd je kindje heeft. Mijn zoontje is nu 4 jaar, dus dan is het logisch dat wij veel minder vaak aan een tafel zitten.

3. Maar jij weet toch ook niet alles? Jij hebt toch niet geleerd voor juf?

Nee, ik heb inderdaad niet geleerd aan de PABO. En nee, ik weet ook niet alles. Maar gelukkig leven we in een moderne wereld en hebben we ontzettend veel kennis tot onze beschikking.
Er zijn andere thuisonderwijzers die ons kunnen helpen bij waar we vastlopen. We zitten in een leuke thuisonderwijs groep waar iedereen bereidt is om elkaar te helpen. Maar ook vrienden en vakspecialisten vragen we wel eens om hulp.
Als ik iets niet weet, ga ik altijd zelf eerst op zoek naar het antwoord. Lukt dat niet, of denk ik dat het antwoord niet helemaal klopt, dan schakel ik altijd hulp in.
Ik ben nooit bang dat hij te weinig leert. Ik ben eerder bang dat hij te weinig zou leren als hij op school zou zitten. Ik vind dat er op scholen vaak eenzijdige en soms halve informatie wordt gegeven.

2. Hoe zorg je dan voor structuur?

Onze weken zien er elke keer weer anders uit, maar toch zit er een structuur in. Zo beginnen we altijd op hetzelfde tijdstip, namelijk 9:00. De oudste 2 kinderen zijn dan naar school en ik heb even de tijd gehad om me voor te bereiden.
Meestal beginnen we met de theorie. Dus leren uit boekjes. Op dit moment zijn we druk bezig met het leren van de letters en cijfers. Zoals ik al zei werk ik zelf vanuit thema’s. Ik print het lesmateriaal uit wat daarbij hoort en soms laat ik mijn zoontje zelf kiezen waar hij mee wil beginnen. ‘s Middags zijn we veel buiten te vinden. 
Ik ben kind volgend. Wat betekent dat ik hem aanreik waar hij op dat moment behoefte aan heeft. Zo zijn we nu veel aan het tellen, omdat hij daar zelf veel mee bezig is door het winkeltje dat hij voor zijn verjaardag heeft gekregen. Ik denk dat het heel belangrijk is dat een kind leert vanuit de intrinsieke motivatie. Je kunt wel willen dat alle kinderen in groep 3 gaan leren lezen, maar niet elk kind is gelijk. Sommige kinderen willen het al eerder leren, anderen zijn sterker met getallen en laat het lezen nog even op zich wachten.
Dit wil niet zeggen dat het lang-leve-de-lol is voor mijn zoontje. Soms stuur ik wel eens wat bij. Want hoewel ik dus kind volgend ben, vind ik het wel heel belangrijk dat we leerdoelen hebben.
Je kunt als thuisonderwijzer kiezen uit ontzettend veel manieren. Wij hebben gekozen om de leerlijnen van Exova te volgen met soms een uitstapje naar de leerdoelen van NieuwLeren. Hiermee vinken wij alles af wat ze ook op een basisschool doen.

1. Hoe zorg je voor het sociale stukje?

Dit is veruit de meeste vraag die gesteld wordt. En gelukkig vind ik dit de makkelijkste vraag om te beantwoorden.
Sociaal zit hem niet alleen in het naar school gaan. Ik vind het zelf best raar dat mensen altijd maar denken dat een school of opvang de enige manieren zijn om in contact te komen met andere kinderen. Sociaal zijn kun je op zoveel meer manieren. Denk bijvoorbeeld aan een sportclub, georganiseerde activiteiten waar we ons regelmatig voor opgeven of gewoon vriendjes in de buurt.
Daarnaast bestaat er tegenwoordig gelukkig Facebook en Telegram waarmee je andere thuisonderwijzers kunt vinden. Regelmatig worden er uitjes georganiseerd waarbij wij en dus ook de kinderen elkaar ontmoeten. Ook vanuit het NVvTO (Nederlandse Vereniging van Thuis Onderwijs) waar we lid van zijn wordt regelmatig wat georganiseerd.
En nog een stukje wat voor mij persoonlijk telt: mijn kind gaat gewoon niet zo lekker in grote groepen mensen. Hij zou er absoluut niet socialer van worden als ik hem in een klas met 30 kinderen zou zetten.
Nog een voorbeeld: Mijn dochter zit op school, maar heeft meer vriendinnetjes bij haar gymclub.